9 Wat is de bevoegde instantie in geval van geschillen en andere juridische kwesties?

De Tsjechische rechtbanken hebben internationale bevoegdheid in echtscheidingsprocedures (en ook in procedures voor de nietigverklaring van het huwelijk alsook om te bepalen of een huwelijk al dan niet bestaat) indien minstens één van beide echtgenoten Tsjechisch staatsburger is, of indien de verweerder zijn/haar gewone verblijfplaats heeft in de Tsjechische Republiek.

Indien beide echtgenoten de buitenlandse nationaliteit hebben en de verweerder zijn/haar gewone verblijfplaats niet in de Tsjechische Republiek of in een andere Lidstaat van de Europese Unie heeft, en hij/zij geen staatsburger is van een Lidstaat van de Europese Unie of zijn verblijfplaats ook niet heeft in het Verenigd Koninkrijk of Ierland, is de Tsjechische rechtbank bevoegd indien:

  • beide echtgenoten hun gewone verblijfplaats hadden in de Tsjechische Republiek en de eiser nog steeds zijn/haar gewone verblijfplaats heeft in de Tsjechische Republiek;
  • de eiser zijn/haar gewone verblijfplaats heeft in de Tsjechische Republiek en de tweede echtgenoot toetrad tot het geding, of
  • de eiser zijn/haar gewone verblijfplaats heeft in de Tsjechische Republiek en zijn gewone verblijfplaats daar had gedurende ten minste een jaar vooraleer hij/zij de rechtszaak aanspande.

(Artikel 47 van de Wet betreffende Internationaal Privaatrecht)

De bevoegdheid om te beslissen over de rechten op onroerend goed gelegen in de Tsjechische Republiek behoort uitsluitend toe aan de Tsjechische rechtbanken of andere bevoegde Tsjechische autoriteiten (Artikel 68 van de Wet betreffende Internationaal Privaatrecht). De rechtbanken zijn bevoegd om rechtszaken over erfrecht te behandelen indien de erflater op het ogenblik van zijn/haar overlijden, zijn/haar gewone verblijfplaats had in de Tsjechische Republiek (Artikel 74 van de Wet betreffende Internationaal Privaatrecht).

Wat betreft rechtszaken over het huwelijksvermogen (inclusief de verdeling van de gemeenschap van goederen van de echtgenoten na een echtscheiding) is de arrondissementsrechtbank van het arrondissement waarin de echtgenoten hun laatste verblijfplaats hebben of hadden in de Tsjechische Republiek de bevoegde instantie, indien minstens één van de echtgenoten nog in het arrondissement van deze rechtbank woont. Indien er geen dergelijke rechtbank bestaat, is de bevoegde instantie de rechtbank naar gemeen recht (dit is de rechtbank van de verblijfplaats) van de echtgenoot waar het verzoek om de rechtszaak aan te spannen niet werd ingediend. Indien er ook geen dergelijke rechtbank bestaat, is de bevoegde instantie de rechtbank naar gemeen recht van de echtgenoot die het verzoekschrift om de rechtszaak aan te spannen indiende (Artikelen 373 en 383 van Wet nr. 292/2013 Sb. betreffende Speciale Gerechtelijke Procedures). In gevallen waarin er geen verband is met de echtscheidingszaak, is de bevoegde instantie:

  • de arrondissementsrechtbank van de verblijfplaats van de gedaagde, of
  • indien het onroerend goed betreft, de arrondissementsrechtbank in wiens arrondissement het onroerend goed zich bevindt, of
  • indien de scheiding wordt uitgevoerd in het kader van een erfrechtprocedure, de arrondissementsrechtbank in wiens arrondissement de erfrechtprocedure plaatsvindt (artikel 88 van het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering).