9 Wat is de bevoegde instantie in geval van geschillen en andere juridische kwesties?
De verdeling van de gemeenschap kan worden gecombineerd met een echtscheidingsaanvraag. De rechtsbevoegdheid voor het verzoek tot verdeling volgt de voorschriften met betrekking tot de rechtsbevoegdheid voor echtscheiding (zie art. 4 lid 3 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering) zoals bepaald in Brussel II bis. Als de verdeling van de gemeenschap van goederen niet wordt gecombineerd met een echtscheidingsprocedure (bijvoorbeeld verdeling van goederen wordt aangevraagd na uitspraak van een echtscheidingsvonnis), is artikel 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van toepassing en is de Nederlandse rechtbank bevoegd als de gebruikelijke verblijfplaats van de verweerder in Nederland is gevestigd.
Verordening (EU) nr. 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 is van toepassing op alle rechtszaken aangespannen, vonnissen gegeven en akten verleden op of na 29 januari 2019, ongeacht de datum van het huwelijk.
Deze verordening bepaalt dat de volgende instanties bevoegd zijn:
- Voor zaken met betrekking tot het huwelijksvermogensstelsel in geval van overlijden van een van de echtgenoten, ligt de bevoegdheid bij de rechtbank bevoegd voor de erfopvolging (art. 4).
- Voor zaken met betrekking tot het huwelijksvermogensstelsel in geval van verzoek tot echtscheiding, scheiding van tafel en bed of nietigverklaring van het huwelijk, ligt de bevoegdheid in het algemeen bij de rechtbank die bevoegd is om zich uit te spreken over het huwelijksgeschil.
- In andere gevallen kunnen de echtgenoten overeenkomen dat de bevoegdheid ligt bij de lidstaat waarvan het recht van toepassing is of bij de lidstaat waar het huwelijk werd gesloten. Dergelijke overeenkomst (ook wel forumkeuze genoemd) moet schriftelijk worden vastgelegd en moet worden gedateerd en ondertekend door de partijen. Bij gebreke aan een overeenkomst, zijn voor de behandeling van alle vragen met betrekking tot hun huwelijksvermogensstelsel, behalve in geval van overlijden van een van de echtgenoten of van een huwelijksgeschil, over het algemeen de rechtbanken van de lidstaat bevoegd:
- van de gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten op het tijdstip waarop de zaak aanhangig wordt gemaakt bij de rechtbank; of bij gebreke hieraan
- van de laatste gewone verblijfplaats van de echtgenoten, indien een van hen daar nog steeds verblijft; of bij gebreke hieraan
- van de gewone verblijfplaats van de verweerder; of bij gebreke hieraan
- van de gemeenschappelijke nationaliteit van de echtgenoten.
Uitgezonderd in geval van geschillen zijn notarissen niet gebonden aan deze regels over de rechtsbevoegdheid en kunnen zij daarom vrij handelen, bv. bij het opstellen van huwelijkse voorwaarden, een rechtskeuzeovereenkomst of een authentieke akte waarin het huwelijksvermogen wordt verdeeld of toegedeeld.