2 Is er een wettelijk huwelijksvermogenstelsel en zo ja, wat houdt dit in?

2.1. Beschrijf de algemene beginselen: Welke goederen maken deel uit van de gemeenschap van goederen? Welke goederen zijn onderdeel van het privé vermogen van de echtgenoten?

Wettelijk stelsel van gemeenschap van goederen:

Bij afwezigheid van een overeenkomst tussen de echtgenoten waarin zij voor een ander stelsel kiezen, is het wettelijk stelsel van gemeenschap van goederen van toepassing (art. 18, lid 2 van het Wetboek betreffende familierecht (WF)). In art. 21 e.v. van het Wetboek betreffende familierecht wordt het wettelijk stelsel van gemeenschap van goederen geregeld. Goederen die tijdens het huwelijk worden verworven als gevolg van gezamenlijke bijdragen van de echtgenoten zijn de gezamenlijke eigendom van beide echtgenoten (ze maken onderdeel uit van het gemeenschappelijk vermogen), ongeacht namens wie deze goederen zijn verworven. Het gemeenschappelijk vermogen omvat geen goederen die zijn verkregen voor het huwelijk of goederen die zijn verkregen door een erfenis of een schenking tijdens het huwelijk.

Roerende goederen die door een van de echtgenoten tijdens het huwelijk zijn verworven en die dienen voor zijn/haar persoonlijk gebruik of beroep, worden gezien als zijn/haar eigen vermogen. Roerende goederen die tijdens het huwelijk worden verkregen door een echtgenoot die een eenmanszaak heeft, maken ook onderdeel uit van zijn/haar eigen vermogen. Goederen die tijdens het huwelijk volledig met behulp van persoonlijk vermogen worden verkregen, behoren ook tot het eigen vermogen (art. 22 en 23 WF).

2.2. Zijn er wettelijke veronderstellingen met betrekking tot de toekenning van goederen?

Nee.

2.3. Moeten de echtgenoten een inventaris van de bezittingen opstellen? Zo ja, wanneer en hoe?

De echtgenoten hoeven geen boedelbeschrijving van de goederen op te stellen.

2.4. Wie is verantwoordelijk voor het beheer van het vermogen? Wie mag goederen vervreemden? Mag één echtgenoot alleen de goederen vervreemden/beheren of is de toestemming van de andere echtgenoot nodig (bijvoorbeeld in geval van vervreemding van echtelijke woning)? Welk effect heeft de ontbrekende toestemming op de geldigheid van een overdracht en op de tegenwerpbaarheid daarvan aan een derde?

Beide echtgenoten zijn gerechtigd het gemeenschappelijk vermogen te beheren. Handelingen met betrekking tot het beheer van het gemeenschappelijk vermogen kunnen door elk van beide echtgenoten worden verricht (art. 24, lid 1 WF).

Gedurende het huwelijk kan geen van beide echtgenoten afstand doen van het aandeel in het gemeenschappelijk vermogen dat hij/zij zou ontvangen na beëindiging van de gemeenschap van goederen. Afstand van goederen die behoren tot het gemeenschappelijk vermogen worden gezamenlijk gedaan door beide echtgenoten (art. 24, lid 3 WF).

Indien een van de echtgenoten alleen afstand doet van een gezamenlijk onroerend goed, kan dit worden betwist. De andere echtgenoot kan een vordering instellen binnen zes maanden vanaf de datum waarop de afstand aan hem/haar bekend is geworden, maar niet later dan drie jaar na de uitvoering ervan (art. 24, lid 4 WF).

In geval van afstand van gezamenlijke roerende goederen door één echtgenoot zonder toestemming van de andere echtgenoot, is de overeenkomst bindend voor de andere echtgenoot indien de derde niet wist of redelijkerwijs niet had kunnen weten dat er geen toestemming was van de andere echtgenoot. In geval van afstand zonder aanleiding van een gezamenlijk roerend goed of in geval van afstand waarvoor een schriftelijk document met legalisatie van handtekeningen bij een notaris vereist is, is de regel voor het doen van afstand van een onroerend goed zonder toestemming van de andere echtgenoot van toepassing (zie hiervoor) (art. 24, lid 5 WF).

Zelfs wanneer een echtgenoot de enige eigenaar van de echtelijke woning is, kan hij/zij daar geen afstand van doen zonder toestemming van de andere echtgenoot indien de echtgenoten geen andere woning hebben. Indien er geen toestemming is, wordt er afstand gedaan met toestemming van de rechter, indien deze van mening is dat dit niet schadelijk is voor minderjarige kinderen en het gezin (art. 26 WF).

Elk van beide echtgenoten mag een overeenkomst aangaan voor de vervreemding van zijn eigen vermogen aan derden of aan de andere echtgenoot (art. 25 WF).

2.5. Is een overdracht verricht door de ene echtgenoot ook bindend voor de andere?

Zoals reeds vermeld, is in geval van afstand van gezamenlijke roerende goederen door één echtgenoot zonder toestemming van de andere echtgenoot de overeenkomst bindend voor de andere echtgenoot indien de derde niet wist of redelijkerwijs niet had kunnen weten dat er geen toestemming was van de andere echtgenoot. Schulden die worden aangegaan om te voldoen aan de behoeften van het gezin zijn gezamenlijke schulden waarvoor beide echtgenoten aansprakelijk zijn (art. 32 WF).

2.6. Wie is aansprakelijk voor de schulden tijdens het huwelijk? Op welke goederen kunnen schuldeisers zich verhalen?

Uitgaven die noodzakelijk zijn ten behoeve van het gezin worden gedragen door beide echtgenoten. Zij zijn gezamenlijk aansprakelijk voor schulden die zijn aangegaan om te voldoen aan de behoeften van het gezin (art. 32 WF). De echtgenoten zijn aansprakelijk voor hun persoonlijke schulden met hun eigen vermogen en met hun aandeel in het gemeenschappelijk vermogen.